(function(w,d,s,l,i){w[l]=w[l]||[];w[l].push({'gtm.start': new Date().getTime(),event:'gtm.js'});var f=d.getElementsByTagName(s)[0], j=d.createElement(s),dl=l!='dataLayer'?'&l='+l:'';j.async=true;j.src= 'https://www.googletagmanager.com/gtm.js?id='+i+dl;f.parentNode.insertBefore(j,f); })(window,document,'script','dataLayer','GTM-K6TF9QV'); Mijn werknemer is 2 jaar ziek en dan? - Loondoorbetaling bij ziekte
Kennisbank

Mijn werknemer is 2 jaar ziek en dan?

Een medewerker is bijna 2 jaar ziek en (deels) arbeidsongeschikt. Maar wat gebeurt er eigenlijk precies na dat ziekteverzuim? En waar moet je dan als werkgever op letten? Paul Lammerts, werkgeversadviseur en jurist sociale zekerheid, vertelt.  

Mijn werknemer is 2 jaar ziek en dan?

Je werknemer is 2 jaar ziek. En dan? Als de 2 jaar bijna verstreken zijn, dan moet hij of zij uiterlijk in week 93 een WIA-aanvraag doen. De Wet WIA kent 2 varianten: de WGA-uitkering, voor werknemers die 35% of meer arbeidsongeschikt zijn. En de IVA-regeling, voor werknemers die 80 tot 100% arbeidsongeschiktheid zijn, en die géén of slechts een geringe kans op herstel hebben.

Wat is het 2e spoor?

Het tweede spoor betreft de inspanningen om iemand buiten de eigen organisatie te laten re-integreren. Dit traject kan naast, of in plaats van spoor 1 (re-integratie bij de eigen werkgever) worden ingezet. MKB-ondernemingen hebben doorgaans minder diversiteit aan functies in huis. Vaak hebben zij maar één type werk, waardoor het lastig is om iemand binnen het eigen bedrijf een alternatief te bieden. Dan zijn zij dus aangewezen op spoor 2, maar om verschillende redenen verloopt dit traject vaak moeizaam. 

Beoordeling door UWV

“Na de WIA-aanvraag onderzoekt UWV of de werkgever voldoende heeft gedaan aan re-integratie”, vertelt Paul. “UWV kan de duur van de verplichte loondoorbetaling bij ziekte verlengen als vóór afloop van de wachttijd vastgesteld wordt dat er onvoldoende aan re-integratie is gedaan. Dit is de zogenaamde loonsanctie. Zo’n loonsanctie duurt maximaal één jaar, maar hij kan worden bekort.”

Als de re-integratietoets doorstaan wordt, dan stelt de UWV-verzekeringsarts een Functionele Mogelijkheden Lijst (FML) op. “Op die lijst staan de arbeidsbeperkingen van de WIA-aanvrager,” licht Paul toe. “Dan komt ook een arbeidsdeskundige van UWV met de onderzoeksvraag welke functies iemand nog kan uitoefenen? De arbeidsdeskundige gaat aan de hand van de FML op zoek naar minimaal drie passende banen die voorkomen in een speciale database (‘CBBS’). “De drie hoogstverlonende functies worden geselecteerd. Het middelste salaris wordt vergeleken met wat iemand verdiende voordat de WIA-aanvrager ziek werd”, aldus Paul. “Uit die berekening rolt dan een loonverlies. Is dat loonverlies minimaal 35% dan komt hij aanmerking voor een WIA-uitkering. Zo niet, dan is er wellicht recht op WW of bijstand.”

Verdieneis

De duur van de éérste fase van de WGA-uitkering, de zogenaamde loongerelateerde WGA-uitkering ter hoogte van 70% van het door UWV vastgestelde WIA-maandloon, is net zoals de WW een tijdelijk recht waarvan de duur gebaseerd is op het arbeidsverleden, legt Paul uit. “Ontvangt je werknemer een WGA-uitkering en is hij tussen de 35 en 80% arbeidsongeschikt, dan zal hij op enig moment weer moeten gaan werken. Niet alleen omdat dat financieel lonend is, maar vooral omdat voor die categorie na de loongerelateerde fase een strengere vervolgfase geldt. Dan moet de WGA’er minimaal de helft van de voor hem vastgestelde restverdiencapaciteit gaan verdienen. Lukt dat niet, dan valt hij terug op een vervolguitkering gebaseerd op een percentage van het minimumloon. Dat is vaak bitter weinig”. Voor WGA’ers die 80 tot 100% arbeidsongeschikt zijn (of tot 2 jaar geleden waren) geldt echter geen verdieneis.

Sociale werkgeverspremie

Voor grote en middelgrote werkgevers brengt WGA-instroom een verhoging van de premie ‘Werkhervattingskas’ met zich mee. Dat is een jaarlijkse vastgestelde individuele werkgeverspremie, die grofweg de eerste 10 jaar van de WGA financiert. De wet maak onderscheid tussen drie categorieën werkgevers:
– Ondernemers met een loonsom tot 10x de gemiddelde premieloonsom (2021: 346.000 euro premieloonsom). Zij betalen een jaarlijks vastgestelde sectorale premie.
– Ondernemers met een loonsom van 10 tot 100 maal de gemiddelde loonsom (2021: tussen de 346.000 en 3.460.000 euro): zij betalen een combinatie van een individueel en een sectoraal premie. Hoe groter de loonsom, hoe méér de premie individueel wordt bepaald.
– Ondernemers met een loonsom van minimaal 100x de gemiddelde loonsom: Zij betalen een volledige individueel vastgestelde premie Werkhervattingskas.

Goed om te weten: vanaf 2022 gaat de grens tussen klein en middelgroot van 10 naar 25 maal de gemiddelde loonsom (882.500 euro), waardoor een grotere groep kleine werkgevers een vaste, sectorale premie betaalt.

2 jaar ziek en dan? Tips!

Drie tips van Paul voor werkgevers die met langdurig ziekteverzuim van een werknemer te maken hebben:

  1. Zoek een arbodienst die je vertrouwt en zorg voor een geschikte bedrijfsarts. Op die manier hoef je zelf geen complexe casemanagementtaken te voeren, houd je je verzuim zo laag mogelijk en worden je medewerkers goed geholpen.
  2. Zorg daarnaast voor een goede verzuimverzekering, want uitval kan zeer kostbaar zijn. Voor het MKB is de Verzuimontzorgverzekering vaak een interessante optie.
  3. En tot slot: WIA-aanvullingsverzekeringen geven rust en zekerheid. Laat je goed informeren over de mogelijkheden.

MKB VOV

Kleine werkgevers hebben meestal wel íets geregeld op arbo- en verzuimgebied, maar voor spoor 2 hebben zij doorgaans geen vaste dienstverlening ingekocht. Dat betekent dat zij alsnog de portemonnee moeten trekken om hiervoor begeleiding te regelen. Wat ook meespeelt, is dat er een ‘ontvangende’ werkgever nodig is die de werknemer een kans wil bieden, ondanks het ziekteverleden. Ook dat is geen sinecure. Veel werkgevers doen een beroep op hun bestaande netwerk om zo’n kans te creëren, maar daarbuiten weten zij amper nieuwe wegen te bewandelen. 

In de MKB verzuim-ontzorgverzekering is de dienstverlening voor het tweede spoor inbegrepen. Er hangt dus geen extra prijskaartje aan voor werkgevers. De casemanager kent diverse ingangen tot de arbeidsmarkt en kijkt met een bredere blik. Hij is deskundig in het inschatten van de voorkeuren en mogelijkheden van de werknemer, en kan daardoor bijvoorbeeld ook bepalen of er aanvullende scholing nodig is. Met die expertise als basis heeft een spoor 2 traject meer kans van slagen, en dat is zowel voor de werkgever als de werknemer goed nieuws.  

Doe de scan om je eigen kosten te berekenen

Doe de scan

Mijn werknemer is 2 jaar ziek en dan?

Aangesloten branches
Verschillende branches doen mee met de campagne Loondoorbetaling bij Ziekte. Je kunt altijd bij jouw brancheorganisatie terecht voor advies. Sommige branches bieden zelfs een eigen verzekering aan. Wil jij weten hoe jouw brancheorganisatie het geregeld heeft? Klik dan voor meer informatie op de logo’s hieronder.